Etiquette tijdens de Septembertraditie

Al sinds het begin van de 20e eeuw betrok de familie Van Zuylen van Nijevelt-de Rothschild jaarlijks in september het kasteel en nodigde een wisselende stroom aan gasten uit. Leden van koninklijke families en Europese adel, bankiers, filmsterren en politici verpoosden voor kortere of langere tijd op De Haar. In hoge kringen als deze gold uiteraard dat men zich volgens de etiquette gedroeg.

Zekere en gepaste afstand tot het personeel

Niet alleen gasten, maar ook tientallen personeelsleden kwamen voor de septembermaand naar Kasteel de Haar. In de loop van augustus kwam er versterking: koks, keukenpersoneel, linnendames en kamermeisjes werden, deels vanuit Frankrijk, ingevlogen om ervoor te zorgen dat het de gasten aan niets zou ontbreken. Een zekere en gepaste afstand tussen het personeel en de baron en barones was daarbij gewenst.

Greetje van Rooijen, hoofd huishouding op Kasteel de Haar, weet nog goed hoe zij als klein meisje met haar vader (hij was tuinman op het kasteel) moest buigen voor de baron wanneer hij voorbij liep.

In de loop van de jaren werd de omgang tussen personeel en de baronale familie steeds informeler. Vooral de laatste baron, baron Thierry, verkleinde steeds meer de afstand tot het personeel.

Geen vragen

De band met het personeel is altijd erg belangrijk geweest in het kasteel. Op hun beurt werden ook zij correct behandeld, door de baron en barones en de gasten. Zo was het uiteraard hoogst ongepast om naar bedienend personeel te schreeuwen of met de vingers te knippen. Ook stelde men geen vragen aan het personeel, zoals ‘bevalt het werk je hier?’, ‘hoe lang werk je al hier?’ of ‘woon je hier ver vandaan?’.

Service à la russe

De gerechten werden geserveerd ‘à la Russe’: niet op borden, maar ‘opgemaakt’ op grote zilveren schalen die het bedienend personeel aan iedere gast afzonderlijk presenteert zodat deze zijn of haar eigen keuze kon afnemen. Dat ging niet altijd goed. Zo wisten niet alle gasten dat dit de bedoeling was.

Mensen van adel waren dit wel gewend, maar ‘gewone’ mensen, zoals de burgemeester van Utrecht van destijds, maakten geen aanstalten zichzelf te bedienen. De arme bediende stond dan voorovergebogen met de zware zilveren schaal te wachten. Uiteindelijk loste hij dit op door de gast zachtjes in het oor te fluisteren: ‘U mag uzelf bedienen. Gaat uw gang.’

Fooien

Het geven van een fooi was gebruikelijk tijdens het septemberverblijf. Gasten verbleven vaak meerdere dagen en dus was er niet alleen een fooi voor het bedienend personeel aan tafel, maar ook voor de kamermeisjes. De hoogte van de fooi was geheel naar eigen inzicht, maar gezien de gefortuneerde gasten op De Haar was dit vaak een mooie aanvulling op het loon.

Terug naar serie:
Soirées Septembre